deel, hoogdag, seizoen, tijd, tijdsdeel, verdelen
Cit-, Zit-
Vergelijk Oe. tīd ’tijd, seizoen, hoogdag’, Ohd. zit ’tijd’, Osa. tid ’tijd’, Pgm. *tīdi- ’tijdsdeel’, Pie. *di-ti- ‘deel, tijdsdeel’ of *da- ‘(ver)delen’
Voornaam.Net
Voornamen uit het Nederlandse taalgebied van vroeger tot nu